proeven, gekke gezichten en smullen maar ππ§π©π₯
de kinderen brachten iets om te proeven mee. Iets zoet, zout, bitter of zuur en toen gingen we proeven! Iedereen heeft alles geproefd, al was het eens met de tong eraan likken. Knap! vooral was het smullen π΄ wat is het? Hoe proeft het? Vind je het lekker ?